vrijdag 31 oktober 2014

Wordt dit varenblad de nieuwe vlag van Nieuw-Zeeland?



Het Britse wereldrijk stond ooit bekend als ‘the empire on which the sun never sets’. Van Canada tot Nieuw-Zeeland wapperde trots het symbool van het Verenigd Koninkrijk: de welbekendeUnion Jack. Maar tijden veranderden, en het koloniseren van landen raakte uit de gratie. Reeds in 1907 werd Nieuw-Zeeland een autonoom gebied binnen het Verenigd Koninkrijk en veertig jaar later liet het moederland de Kiwi’s volledig op eigen benen staan.

27503432_dcd260faf5_z
cyathea deabata
De geschiedenis kabbelde voort, en Nieuw-Zeeland profileerde zich als het land van de hobbits en Lord Of The Rings (met bijbehorende pr-stunts zoals die van Air New Zealand van vorige week), goede wijnen, lamsvlees en een adembenemende natuur. Een modern land in een uithoek van de wereld.
En dus wordt tijd de vlag van de vroegere kolonisator voor eens en altijd te dumpen, moet men hebben gedacht. Canada deed dit in 1965, toen ruilde dat land de Union Jack in voor het welbekende rode esdoornblad. En ook Nieuw-Zeeland lijkt te kiezen voor een symbool van haar nationale flora.
De zilveren varen tegen een zwarte achtergrond prijkt namelijk al jaren op vele nationale iconen, de meest bekende het prestigieuze nationale rugbyteam, de All Blacks en de vliegtuigen van Air New Zealand. Premier John Key vindt dit de beste optie, en lobby’t dan ook voor deze vlag.
Maar er is nog een reden waarom de silver fern het waarschijnlijk tot de nationale lap stof gaat schoppen. Reeds in 2010 deed de New Zealand Herald  een oproep aan haar lezers om een nieuw ontwerp voor de vlag te maken. En terwijl sommigen erg druk zijn of ronduit belachelijk, staat er op bijna alle ontwerpen wel een varenblad.

                                            

Criticasters van de huidige vlag zeggen dat deze de geschiedenis en de inheemse bewoners van het land (de Maori) negeert. Het varenblad werd echter binnen de Maori-cultuur veelvuldig gebruikt, als het symbool koru. Een ander veelgehoord argument is dat de vlag teveel op die van grote buur (en vriendelijke rivaal) Australië lijkt.
Het is nog even afwachten of de Nieuw-Zeelanders uiteindelijk gaan stemmen voor verandering van hun vlag. Wel is zeker dat er voor het eerst in de korte geschiedenis officieel überhaupt over gestemd gaat worden. In 2015 mag het volk voor het eerst stemmen uit een selectie, gemaakt door een comité bestaande uit afgevaardigden van verschillende partijen. Hieruit komt een winnaar. En of die winnende vlag uiteindelijk doorgevoerd wordt, daarover wordt dan in 2016 weer beslist.

Bron HPdeTijd  29 oktober 2014  Paul Geraedts

                                    The Silver Fern        

maandag 9 juni 2014

Victoriaanse Varens


 In het juni nummer van Home and Antiques staat een leuk artikel over de Victoriaanse varengekte uit de 19e eeuw.


 De jubileumcommissie van de Nederlandse Varenvereiging is druk in de weer om van alles te organiseren rond het 25 jarig jubileum van de vereniging op 16 augustus a.s.


De Hortus van Leiden zal dan binnen het bestaande thema "oerplanten" in de week van 16 t/m 24 augustus in het teken staan van de meest bekende oerplant, de varen


Diverse activiteiten zullen plaatsvinden, met o.a. lezingen, een varenplantenmarkt, een uitgebreide tentoonstelling met voorwerpen waarop varens staan afgebeeld uit de Victoriaanse tijd


voor een uitgebreid programma kijkt u op: http://www.nederlandse-varenvereniging.nl/

maandag 26 mei 2014

Varens in Pinetum Blijdenstein



Zaterdag 31 mei wordt er in Pinetum Blijdenstein voor de tweede keer de plantenmarkt
"Stoer in de schaduw" gehouden.
Het is een plantenmarkt voor fijnproevers, er zijn verschillende kwekers en verenigingen aanwezig met een
interessant aanbod. De varenvereniging luistert de plantenmarkt op met een niet  alledaags aanbod van winterharde varens en kunt u zich uitgebreid laten informeren over de verzorging van deze plantengroep.

dinsdag 15 april 2014

Misdaad loont......


Nieuw onderzoek suggereert dat misdaad loont. Tenminste: in geval van de varen. De plant heeft flink wat concurrentie van bloeiende planten, maar weet het hoofd boven water te houden dankzij een diefstal die hij miljoenen jaren geleden al pleegde.
In de tijd van de dinosaurussen ontstonden de bloeiende planten. Dat zou zomaar de ondergang kunnen zijn geweest van de varens. Want bloeiende planten groeien naar het licht toe en ontnemen de varens dus licht en energie. Maar anno 2014 is de varen er nog steeds. Sterker nog: de plant gedijt al miljoenen jaren prima. Hoe kan dat? Onderzoekers stellen dat de plant dat te danken heeft aan een ‘gestolen’ gen. Het gen helpt de varen om zich aan te passen aan een omgeving met minder licht.
Neochrome
Het gaat om het gen ‘neochrome’. Het is een soort kruising van twee andere genen: een gen dat betrokken is bij fotoreceptoren die zich richten op blauw licht en fotoreceptoren die zich richten op rood licht. Het gen produceert een fotoreceptor die zowel blauw als rood licht kan waarnemen. En dat is heel waardevol voor de varens die zich vaak laag bij de grond, overschaduwd door bloeiende planten, moeten zien te redden. “De meeste planten nemen blauw licht waar en groeien daar naartoe,” vertelt onderzoeker Fay-Wei Li. Onder de bladeren van die planten, is meer rood licht dan blauw licht te vinden. En varens maken daar slim gebruik van. “Neochrome helpt varens om beter te ‘zien’.”

Drie scenario’s
De grote vraag was altijd: waar komt dit mysterieuze gen vandaan? Li en collega’s ontdekten het in het genoom van hauwmossen. Dat betekende dat er drie scenario’s die verklaren hoe de varen aan het gen komt, mogelijk waren. Of een gemeenschappelijke voorouder van hauwmossen en varens had het gen. Of het gen is in beide planten, zonder dat deze contact hebben gehad, ontstaan. Of er is sprake van een zogenoemde horizontale transfer van genen, waarbij de ene plant het gen van de andere gestolen heeft.
Uitsluiten
De eerste theorie konden de onderzoekers al snel uitsluiten. Varens en hauwmossen deelden 400 miljoen jaar geleden één voorouder, maar gingen daarna elk hun weg. Als neochrome van een gemeenschappelijke voorouder afkomstig was, zou men verwachten dat het gen in heel veel andere families planten opduikt, maar dat is niet zo. Ook de theorie dat beide planten het gen afzonderlijk van elkaar ontwikkelden, vegen de onderzoekers in het blad
 Proceedings of the National Academy of Sciences van tafel.
Horizontale transfer
Het scenario waarin de ene plant het gen van de andere plant stal, lijkt een stuk aannemelijker. De onderzoekers vonden sterk bewijs dat de varen het gen 179 miljoen jaar geleden verkreeg en dat het afkomstig was van de hauwmossen. Aangezien de hauwmossen het gen zo lang nadat de twee soorten zich van elkaar afscheidden (dat gebeurde 400 miljoen jaar geleden) aan de varens afstonden, moet er wel sprake zijn van een horizontale transfer. Hoe zag die transfer er dan uit? “Er moet contact tussen cellen zijn geweest,” stelt Li. Hij wijst erop dat de geslachtsorganen van varens niet met een beschermend laagje zijn bedekt en gemakkelijk in contact kunnen zijn geweest met hauwmossen. Het feit dat het gemakkelijk is om bij sperma en eicellen van varens te komen, betekent dat vreemd genetisch materiaal – zoals neochrome – waarschijnlijk ook heel gemakkelijk in een volgende generatie varens te introduceren is.
Hoe de varen zich het gen precies eigen maakte, mag dan een raadsel zijn. De varen pikte het gen wel exact op het juiste moment in. Zonder het gen had de varen het later in aanwezigheid van bloeiende planten wellicht niet gered.

Bronmateriaal:
"
Ferns Borrowed Genes to Thrive in Low Light" - Duke.edu
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door Randi Hausken (via 
Wikimedia Commons).

woensdag 9 april 2014

Varenvereniging op de Stadskweektuin in Haarlem

Komend weekend, zaterdag 12 en zondag 13 april,  is de Varenvereniging vertegenwoordigd op de Stadskweektuin in Haarlem op het Tuinevenement. Het is een jaarlijks terugkerend evenement, dit jaar met het thema duurzaamheid.


https://www.youtube.com/watch?v=PerqGbzaAmg



              http://www.stichtingoase.nl/haarlem-stadskweektuin-nme-ter-kleef

Een aantal  mensen van de vereniging staan deze twee dagen paraat om de belangstelling voor varens breed onder uw aandacht te brengen.
De stand is verder "aangekleed" met een aantal varensoorten die speciaal voor de verkoop zijn samengesteld.

donderdag 27 maart 2014

Jubileum

Leids Dagblad

Dit Jaar viert de Nederlandse Varenvereniging haar 25e jubileum.
Er zullen diverse activiteiten plaaatsvinden in de week van 16 t/m 23 augustus 2014 in de Hortus van Leiden.

zondag 2 februari 2014

IPM Essen 2014


 Op de internationale planten beurs in de Messe van Essen 2014 waren ook diverse standhouders aanwezig welke de varens een warm hart toedragen.
Deze schone jongedame, een prachtig groot bladsteekwerk, was de eyecatcher van ADOMEX http://www.adomex.nl/nl/home


Zomaar leuk, koffertje vol varens, veelal met Nederland als geboorteland gaan ze de hele wereld over.


Het plantenassortiment van  http://stauden.com/vacatures.html ofwel de firma Rijnbeek uit Boskoop herbergt ook een aantal varensoorten.


En natuurlijk troffen we ons varenlid en varenkweker Henk Braam met een moooie stand aan http://www.henkbraam.nl/index.php?lang=nl



Ook Kleo Montforts was aanwezig met een prachtige stand boomvarens
http://www.kleos-baumfarne.de/



Echt gaaf, de regenmaker.  Vooraf ingesteld of geprogrammeerd zorgt deze voor de juiste vochthuishouding in de kas.





donderdag 23 januari 2014

Steenbreekvaren: succesnummer van de Amsterdamse grachtengordel


Het gaat behoorlijk goed met de Amsterdamse muurplanten. Dit blijkt uit een inventarisatie van een groep vrijwilligers die in 2013 kilometers aan Amsterdamse grachtengordel heeft afgezocht op muurplanten. Er werden tien beschermde soorten aangetroffen. Vooral de steenbreekvaren doet het erg goed. Met 8.000 exemplaren komt die nu twee keer zo vaak voor als in 2007.

Steenbreekvaren (foto: Paul Busselen)
Het tellen van de muurplanten langs de Amsterdamse grachtengordel kent een lange traditie. Ruim zestig jaar geleden vond hier al de eerste systematische muurplanteninventarisatie plaats. Een traditie die sinds 1987 is voortgezet door vrijwilligers van de Muurplantenwerkgroep Amsterdam. Elke twee jaar lopen zij ruim honderd kilometer (!) aan kademuren af in het centrum van Amsterdam. Een enorme klus, waarbij in 2013 meer dan 1.700 groeiplaatsen van bijzondere muurplanten nauwkeurig zijn vastgelegd. Daarmee is Amsterdam het belangrijkste bolwerk voor de kwetsbare muurflora in Nederland. Sinds 2003 worden de gegevens meer systematisch verzameld waardoor het mogelijk is om voor de Amsterdamse muurflora uitspraken te doen over trends in voor- en/of achteruitgang.

Koningsvaren, na 26 jaar weer op een Amsterdamse kademuur (foto: Valentijn ten Hoopen)
Het algehele beeld na tien jaar tellen is positief: het gaat behoorlijk goed met de Amsterdamse muurflora. Onder de in 2013 aangetroffen muurplanten bevinden zich tien beschermde soorten: Blaasvaren, Gele helmbloem, Groensteel, Klein glaskruid, Muurbloem, Schubvaren, Steenbreekvaren, Stijf hardgras, Tongvaren en Zwartsteel. Enkele zeldzame soorten als Groensteel, Schubvaren en Blaasvaren komen slechts op één of enkele plekjes voor, dit maakt ze kwetsbaar. Met Zwartsteel gaat het minder goed. Na een aantal jaren van gestage groei in de periode 2007 tot en met 2011 is ze nu weer terug op het aantal van rond 2007. Twee strenge winters hebben deze vorstgevoelige soort geen goed gedaan. Steenbreekvaren grossiert in de meeste exemplaren: bijna 8.000. Tussen 2007 en 2013 is het aantal exemplaren bovendien verdubbeld. Steenbreekvaren is daarmee met stip het succesnummer van de Amsterdamse grachtengordel. Ook Schubvaren, Tongvaren en Gele helmbloem zitten in de lift. Het, na een afwezigheid van 26 jaar, weer opduiken van de Koningsvaren in het jaar van de troonwisseling mag als een bekroning op het werk van de Muurplantenwerkgroep worden gezien.


Bericht uitgegeven door FLORON op donderdag 23 januari 2014

Het rapport ‘Muurplanten in Amsterdam 2013’ verschijnt naar verwachting in de loop van maart/april op de website van het FLORON district Groot-Amsterdam. Wie hierop niet kan wachten kan alvast op de website van degemeente Amsterdam zien op welke kademuren de muurplanten groeien.
Tekst: Valentijn ten Hoopen, Muurplantenwerkgroep KNNV afdeling Amsterdam en Edwin Dijkhuis, FLORON
Foto's: Paul Busselen,
 KU Leuven; Valentijn ten Hoopen